Anjet van Linge

Eenrum – In kloosters bidden monniken en monialen het getijdengebed. Soms nog acht keer per dag, soms minder. Het ritme van bidden en werken en lezen heiligt de tijd. En het is ook een verhaal van verlangen, naar verbinding met dat grotere, met iets onvoorwaardelijks, met Liefde. Kan ik deze dagen ook steeds opnieuw hetzelfde, herhalen en heiligen, verlangen en zoeken? In een vorm? En in een ritme door de dag?

Berichten van Anjet

Anjet – longing

A story of longing in six chapters.
 
A story of longing in six chapters. Een ochtendgetij, een middaggetij, een avond getij. Ik begon alleen. Later zongen mensen mee. Elke week ontstond een hoofdstuk uit de steen. Het werk deed, ook, denken aan het oude doopvont in de kerk. En toen het af was werd het donker en barstte na weken droogte de regen los. 

Anjet – steeds weer

Steeds weer maak ik dezelfde vorm. Ik voel de vorm steeds dieper, mijn handen maken met meer aandacht. Drie delen zijn af, een vierde bijna. Gesprekken verdiepen zich, verrassend veel mensen waren ooit in een klooster. Langzaam zak ik dieper in het ritme van de woensdag, markeren de getijden mijn dag en mis ik het een beetje als het weer donderdag is. Soms zing ik alleen, soms samen met anderen. Nog steeds ben je ook welkom om 08.00, 12.00 en 16.00 uur voor een klein kwartiertje zingen en bidden.

Anjet – getijdengebed

Het getijdengebed. In kloosters klinkt het dag in dag uit in cyclus van zingen en bidden. Een constant zoeken en gevonden willen worden, verlangen zonder einde. Ik zoek een vorm in steen die dit verhaal vertelt. En ontdek gaandeweg dat dat niet kan zonder ook zelf die getijden te eren. Dus is er een ochtend-, middag- en avondgetij. Een kort moment van stilte en een lied, elke woensdag om 08.00, 12.00 en 16.00. U bent welkom.

Anjet – gereed

De kerk is gereed. De vloer is beschermd tegen stof en scherven. De muren zullen me vasthouden in een ruimte die anders is dan buiten. Morgen begint het. Het ochtendgebed. Om 08.00 uur.

Anjet – in stilte

Tijdens Monnikenwerk maakte ik de afgelopen zes weken een groot kruis van wol in de kerk van Saaxumhuizen. “Hoe moeilijk de associatie met hout los te laten en toe te laten dat dit juk licht is en zacht”, schreef een bezoekster in het gastenboek. “Op een foto is het toch heel anders, hier zo in de kerk ontroert het me”, zei een ander. Weer iemand anders kwam de kerk binnen en riep uit “Jezus, een kruis”, om vervolgens stil te staan en zachtjes verder te gaan “maar het omarmt me”. Het bijna vierenhalve meter lange kruis heeft korte armen. Het lijkt op een traditioneel kruis maar verwijst zo ook naar de kruisvorm die in de oude Egyptische traditie, het shamanisme of het hindoeïsme al een belangrijk symbool was van hoop of leven. Veel monnikenwerk-bezoekers spraken de wens uit het werk ook in stilte te kunnen ervaren. Op zondag 29 augustus kan dat. Van 11 tot 17 uur is in de kerk van Saaxumhuizen de mogelijkheid het werk in stilte te bekijken en er een kaarsje bij aan te steken. Voor iemand anders of voor uzelf. Ik zal dan aanwezig zijn in de sacristie van de kerk voor gesprek of toelichting.

Anjet – wol

“Een omarming”, zei iemand. “Alsof het kruis je met zachte armen omvat”. “Lam Gods, daar had ik nooit iets mee, en nu, toch ...”, zei iemand anders. Steeds een nieuwe laag wol, steeds nieuwe betekenis. En nooit eerder zag ik echt de wol van onze schapen.

Anjet – zacht

“Dit kruis is ook zacht”, zei hij. “Het kan je dragen. Misschien doet het er toe dat het door een vrouw gemaakt is.”

Dat ontroerde me. Want ik voelde vandaag juist vooral de rauwe kant, de harde. En prikte nog nooit zo vaak in mijn vingers.

Anjet – stil

Het tikken van de klok. Buiten fluit een vogel. Binnen zoemt een vlieg. Een lege kerk. Zakken verse wol. Een uitnodiging. Een begin. Verbonden met wie hier eerder waren. Ik ben er stil van.