Marijk – geluiden

De verbouwing van de woning tegenover de kerk gaat door, de speeltuin moet uitgegraven, de grote boom gesnoeid. Alle geluiden zijn in de kerk te horen, de deur staat open, ik hoor ze, maar ik ondervind er geen hinder van. De atmosfeer ìn de kerk is stil en ik naai de bladen van het Vogelboek aan elkaar. Mensen stappen binnen en lezen het papier over Monnikenwerk en stilte, gaan zacht zitten kijken. Het lukt me vandaag om bij mijn werk te blijven, voel me eerst nogal onvriendelijk en ongemakkelijk, maar ik krijg er iets groots voor terug: ik voel een stilte alsof ik in mezelf val en alle buitengeluiden verdwijnen. Stil zijn samen met anderen is een andere stilte dan stil zijn wanneer ik alleen ben.

In de avonduren keert de drukte terug, gasten gebruiken soms woorden voor mijn werk die ik zelf nog niet eerder bedacht had. Had ik ze nou maar opgeschreven...ze gingen op in de veelheid van woorden en mensen.

Laura – zinloos

Het is onrustig in de kerk vandaag.

Geluiden dringen door, mensen lopen binnen.

Elke keer als ik me laat afleiden door gedachten of geluiden breekt mijn draad of raakt in de knoop. 


Die prachtige slaapvlucht.

Het doet me steeds verlangen naar meer en vaker.

Onverzadigbaar brein.

En terwijl ik borduur realiseer ik me dat vertalen van de vlucht in draad en stof zinloos is.

’s Avonds hebben we het er over. 

Zinloos -zonder de negatieve emotie in het woord- schept ruimte.

Ruimte om te maken zonder doel, zonder oordeel.

Geen mooi of lelijk, goed of slecht.

De ontmoetingen deze dag zijn waardevol en bijzonder.


Josefien – rust

In de kerk heb ik 3 extra werkplekken gemaakt voor bezoekers, om mee te doen met DagDelen: een moment rust nemen en een pagina maken van je dag.

Deze eerste middag zijn er een aantal deelnemers, in de echoënde stilte van de kerk zitten zij geconcentreerd te werken. Er gaat een ontspannen rust vanuit, zo samen werken in deze ruimte.

De kerk doe ik al om 14.00 open, zodat bezoekers de willen meedoen met het project al eerder naar binnen kunnen om een pagina te maken.

Annemarie – een feilbare engel

Ik zet een tafeltje en een stoel tegen de zuidmuur van de kerk, ga in het zonnetje zitten en denk na over Aly Freije’s intrigerende gedicht: Hij kent de lichte vogeltaal (het volledige gedicht is te lezen in de kerkjes van Eenum en Leermens). Een grote somberte heerst in de onderstroom lees ik en: Ze betrekt een zeecontainer/krijgt een engel aan de deur die hoest. Deze regels raken mij. Het lijkt wel of ze uit de tekst naar voren springen. Waarom gebeurt dat? Waarom hebben juist deze regels een speciale lading voor mij?
Ik kijk om me heen naar de symbolen op de grafstenen. Veel vleugels en vlinders: de adelaar voor eeuwig leven, de vleermuis voor sterfelijkheid, de ziel verschijnt als vlinder. Een bezoeker vertelt dat hier in de loop van de tijd meer dan 7000 mensen zijn begraven: “de deuren zijn niet verlaagd, de grond is verhoogd.” Al dat verdriet en verlies verbind ik met de onderstroom van somberte in Aly’s gedicht. Op de eerste reeks foto’s die ik in het koor op de grond leg, tussen de grafstenen, zijn zwarte, nachtelijke stromingen en zwarte en witte vleugels te zien.
Het hoesten van de engel laat me nog niet los. Een ziekelijke, zelfs sterfelijke engel? Als ik het op me laat inwerken dient een tweede serie beelden zich aan. Vleugels zijn veranderd in handen: handen die beschermen, troosten, loslaten. Geen gevleugelde etherische hemelbewoner maar een feilbaar, kwetsbaar wezen van vlees en bloed.
Lijkt deze engel misschien op ons?

Lisette – rust

Mijn eerste paneel hangt! Vooraf was het spannend of het zou lukken. In de stilte van de kerk kwam ik tot rust en ging aan het werk, de spanning vloeide weg.
In mijn atelier doe ik voorwerk. Het scheppen van het papier, het samenvoegen van natte vellen tot banen en het drogen onder druk. In de kerk doe ik het droge werk.

Marijk – 14 juli

Ieder half uur lijkt er boven mijn hoofd iets te verschuiven, ik kijk op, het is het aanzetje tot het luiden van de klok in de toren. De stilte die volgt is bijna tastbaar.

De uren verstrijken, ik werk, loop wat rond, eet iets en voel terwijl ik op een stoel om mij heen zit te kijken al heimwee naar deze dag…

Laura – stil

De deur staat open. 

Alleen het ruisen van de bomen en af en toe een mekkerend schaap.
Het licht valt zacht op mijn werkplek.
Deze plek. Het voelt vertrouwd.

De geur brengt herinneringen.

Later doe ik ook de deuren naar buiten dicht.
Echt stil.
Alleen mijn handelingen nog hoorbaar.

Ik borduur kleine steekjes op ongebleekt katoen en stukjes schapenwol. 

De eerste zwerm spreeuwen krijgt vorm. 

Hoe kan ik zoiets vluchtigs en tijdelijks vangen?
Zoveel schoonheid van zichzelf.

Waarom wil ik dat zo graag vasthouden?
De repetitieve handeling neemt mijn onrustige brein over.

Ina en Henk – begin

De ingrediënten hebben we vandaag gebracht. Het frame is uitgedacht, getekend en gezaagd. Het podium met de tekentafel van Henk staat klaar. Morgen, op dag 1 aan het werk! Zin in.